1. Inleiding

Tijdens de opmaak van het (nieuwe) gemeentelijk mobiliteitsplan worden mogelijke scenario's onderzocht (Fase 2) en gekozen (Fase 3) per werkdomein.
Er zijn drie vaste werkdomeinen:

  • Werkdomein A. Ruimtelijke ontwikkelingen en hun mobiliteitseffecten.
  • Werkdomein B. Netwerken per modus.
  • Werkdomein C. Ondersteunende maatregelen.

De werkdomeinen worden indien mogelijk gevisualiseerd in heldere kaarten.

2. Werkdomein A - Ruimtelijke ontwikkelingen en hun mobiliteitseffecten

Ruimtelijke ontwikkelingen Aandachtspunten
A.1
Ruimtelijke planning.
  • Op basis van het ruimtelijke structuurplannen, afbakeningsprocessen, ruimtelijke uitvoeringsplannen, ...
  • Mobiliteitseffecten van nieuwe ontwikkelingen,  bouwprojecten, ...
  • Gebiedsgerichte visie op deelkernen of -zones
A.2
Strategische ruimtelijke projecten met voorbeeldfunctie en/of grote invloed op verkeer en mobiliteit.
  • Locatiebeleid.
  • Specifieke strategische projecten (herinrichting van kerngebieden, autoluwe centra, weginfrastructuren, masterplan toegankelijk openbaar domein..).
  • Strategische intermodale knooppunten (stationsherwaardering, hoofdhaltes, randparkings, goederenterminal...).
A.3
Categorisering van wegen en hun ruimtelijke gevolgen.
  • Op basis van het ruimtelijke structuurplannen en vorig mobiliteitsplan.
  • Afstemming aanpalende gemeenten.

3. Werkdomein B - Netwerken per modus

Netwerken en/of voorzieningen
(gerangschikt volgens het STOP-principe: eerst stappen, dan trappen, dan openbaar vervoer, dan personenwagen (individueel gemotoriseerde vervoer).
Aandachtspunten

B.1
Verblijfsgebieden en voetgangersvoorzieningen

  • Autoluwe kernen en autovrije gebieden.
  • Aantrekkelijke looproutes.
  • Trage wegen
  • Toegankelijk openbaar domein.
  • Schoolomgevingen

B.2
Fietsroutenetwerk

  • Bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk.
  • Lokale fietsroutes en recreatieve fietsroutes.
  • Trage wegen.
  • Oversteekpunten.

B.3
Openbaarvervoernetwerk 

  • Actualiseren aanbod.
  • Doorstromingsmaatregelen.
  • Uitwerken hoofdhaltes.
  • Herwaardering stations en haltevoorzieningen.
  • Overstappunten.
  • Toegankelijkheid haltevoorzieningen, informatie en voertuigen.

B.4
(Her)inrichting van wegen   

  • Afbakening snelheidsregimes.
  • Selectief aanbod aan nieuwe infrastructuur.
  • Sluipverkeer weren.
  • Routes voor zwaar vervoer, gewichtsbeperkingen.
  • Poorteffecten.
  • Aanpak gevaarlijke punten en wegvakken.
  • Bewegwijzering   

B.5
Parkeerbeleid   

  • Gedifferentieerd en multimodaal aanbod aan parkeermogelijkheden (fiets-auto-vracht).
  • Tariefstructuur.
  • Doelgroepen (bewoners, bezoekers, personen met een beperking, ...).  

B.6
(Goederen)Vervoer over water 

  • Overslag.
  • Veerdiensten.
  • Goederenvervoer per spoor 

4. Werkdomein C - Ondersteunende maatregelen

 Ondersteunende maatregelen

 Aandachtspunten

C.1
Vervoersmanagement met bedrijven, diensten, scholen, evenementen. 

  • Welke partners?
  • Doelgroep en beoogde effecten?
  • Te gebruiken instrumenten? (bijv. MOBER..)

C.2
Tarifering

  • Openbaar vervoer.
  • Parkeren. 

C.3
Algemene sensibilisering
Marketing, informatie en promotie naar doelgroepen   

  • Mogelijke communicatiestrategieën.
  • Aangeven voor welke projecten    

C.4
Handhaving   

  • Taakstelling voor de politiezone.
  • Snelheid
  • Parkeren
  • Zwaar vervoer

C.5
Beleidsondersteuning

  •  Interne gemeentelijke organisatie, specifieke gemeentelijke ambtenaar, (permanente) vorming, ...

C.6
Monitoring en evaluatie *

  • Wie, wat, waar, wanneer ?



* Bij monitoring en evaluatie wordt een onderscheid gemaakt tussen de algemene uitgangspunten/visie die thuishoort in het tekstuele gedeelte van het beleidsplan (hfds. 3.5.2), en in het oplijsten van concrete monitorings- en evaluatiemaatregelen die worden vermeld in het actieprogramma.

Een voorbeeld in relatie tot verkeersonveiligheid :
  • In de tekstuele uitwerking van het flankerende beleid worden de gewenste monitoringscriteria nader omschreven : bv. ongevallenanalyse met onderscheid naar plaats, aard, type weggebruiker, ernst, tijdstip,...
  • In het actieprogramma wordt ingeschreven dat de lokale politie jaarlijks een analyse van de ongevallen op de N-wegen en op de overige verbindende en ontsluitende wegen rapporteert aan de GBC.